Deze zin is onwaar

Leestijd: ongeveer 1 minuten

Op pad: verwijzingen 2

Taal is een bijzonder fenomeen, stelde ik eerder al. Want taal kan verwijzen naar dingen die er niet zijn. Zoals vierkante cirkels.

Maar taal kan ook naar andere talige dingen verwijzen. Wat in de vorige zin staat klopt. Zie je dat de vorige zin naar een talig ding verwijst? (Net als de vorige bijzin overigens). Deze eigenschap van taal leidt tot wat ‘semantische paradoxen’ wordt genoemd.

Een voorbeeld:

(1) De volgende zin is waar.

(2) De vorige zin is onwaar.

Je ziet ’t probleem:

  • Als zin 1 waar is, dan moet zin 2 waar zijn, maar als zin 2 waar is, dan moet zin 1 onwaar zijn.
  • Maar als zin 1 onwaar is, dan is zin 2 waar, waardoor zin 1 toch waar is.
  • Zin 1 moet dus waar en onwaar zijn—maar dat kan niet, toch?

(Natuurlijk zijn er ook filosofen die denken dat sommige zinnen zowel waar als onwaar kunnen zijn op één en hetzelfde moment—maar dat is iets voor een andere keer.)

Talen tot je een ons weegt

In ieder geval geldt dus dat taal kan verwijzen naar niet-talige dingen (een Harley Davidson) en het is niet altijd duidelijk of er verwijzing plaatsvindt of dat het alleen zo lijkt (de vierkante cirkel).

En taal kan ook verwijzen naar talige dingen, en dat kan voor lastige zinnen zorgen, zoals hierboven.

Ten slotte: taal kan ook naar zichzelf verwijzen. ‘Deze zin is in het Nederlands’ is bijvoorbeeld een naar zichzelf verwijzende zin. En ja, ook deze eigenschap zorgt voor problemen, zoals de bekende leugenaarszin laat zien:

Deze zin is onwaar.

(Zelfde trucje als net: Als de zin waar is, dan is de zin onwaar; als de zin onwaar is, dan is de zin waar; dus de zin is zowel waar als onwaar.)

Hun hebben

Vreemd fenomeen, die taal. In de rubriek ‘taal is zeg maar echt een ding’ komen dat soort gekkigheden aan de orde: wat is nou eigenlijk verwijzen? Wat is een (on)ware beweerzin? Wat is eigenlijk een taal, is het de verzameling woorden en grammaticaregels?

Want spreekt jouw oom met z’n ‘Hun hebben het meisje die daar loopte niet gezien’ nou Nederlands of niet? Vragen te over, maar voor nu is dit de laatste zin. Toch niet.

Roep maar raak!

Momentje...